Twee leden van de Vereniging zijn actief als Werkgroep Betaald Parkeren, vanuit het bestuur is Piet Hazekamp betrokken. De werkgroep heeft samen met de Wijkraad Paddepoel een aantal vragen gesteld aan de gemeente, en die zijn als volgt beantwoord.
1. Wat zijn de criteria voor het plaatsen van een parkeerautomaat? Wat zit de gemeente bijvoorbeeld als een minimale/maximale loopafstand? En met welke andere zaken moet rekening worden gehouden bij een aanvraag voor een extra parkeerautomaat?
Parkeerautomaten worden overal in de gemeente veel minder gebruikt. In woonwijken wordt vooral geparkeerd door bewoners of door bezoekers van die bewoners. Bewoners en bezoekers parkeren met een bewoners- of bezoekersvergunning. Daar is geen automaat bij nodig. Mensen die wél per uur moeten betalen, doen dat steeds vaker digitaal. Bijna 75% van de mensen die per uur betaalt voor een parkeerplaats, doet dat per app (Parkmobile, Yellowbrick e.a.). Dat betekent dat nog slechts een kwart van de parkeertransacties plaatsvindt aan de parkeerautomaat. Omdat het aantal transacties per app blijft groeien, verwachten we in de toekomst zelfs helemaal geen betaalautomaten meer nodig te hebben. Daarom hebben we in de nieuwe parkeerzones minder betaalautomaten geplaatst dan u wellicht gewend was of verwacht had. De automaten die we wel gaan plaatsen, zullen we plaatsen op plekken waar we veel kortparkeerders verwachten – bijvoorbeeld bij winkelcentra, huisartsen of verzorgingshuizen. Indien we zien dat er op één specifieke locatie veel vraag is naar een automaat, verkennen we of het mogelijk is een parkeerautomaat te verplaatsen of bij te plaatsen.
2. Kunnen inwoners inzicht krijgen in de kosten en baten van betaald parkeren? Regelmatig klinkt de indruk van betaald parkeren als melkkoe, maar er worden natuurlijk ook kosten gemaakt voor het systeem en handhaving. Deze bewoners zouden graag willen zien hoe de kosten zich verhouden tot de baten voor onze wijk. En aanvullend hierop: mocht er sprake zijn van baten, komt dit geld dan ten goede aan de wijk?
Betaald parkeren levert de gemeente geld op. Dat zit hem vooral in de binnenstad en de schilwijken. Tarieven voor straatparkeervergunningen zijn daar hoger en kortparkeren is duur. In de derde schil levert parkeren ons weinig op. De baten staan in balans met de lasten. We betalen onder andere de parkeerautomaten, personele kosten, afschrijvingen, rentes en energielasten. Zie https://groningen.jaarverslag-2020.nl/p30597/deelprogramma-7-4-parkeren voor meer info over de kosten en baten van parkeren. Het geld wat in totaal verdient wordt door betaald parkeren gaat o.a. naar fietsparkeren, het concern en P+R. Het is aan de raad om bestemming te geven aan positieve resultaten uit parkeren.
Voor het opnieuw inrichten, vormgeven of herscheppen van straten en openbare ruimte is geld nodig. Dat geld is er grotendeels al. Voor wijkvernieuwingsprojecten zijn de financiële middelen al door de raad ter beschikking gesteld. Voor andere wijken zijn budgetten beschikbaar via bijvoorbeeld het uitvoeringsprogramma behorende bij Vitamine G, bij het programma Leefkwaliteit én/of via de gebiedsprogramma’s. Zo kunnen bewoners altijd budget aanvragen voor een mooiere, betere en/of groenere straat, buurt of wijk in de ruimte die ontstaat als de parkeerdruk omlaag gebracht is.
Zie ook het bijgevoegde raadsvoorstel ‘Terugdringen parkeeroverlast in een groter gebied’ voor meer uitleg (met name onder financiële consequenties)
3. Als het betaald parkeren is ingevoerd om vreemdparkeerders te weren, waarom worden de eigen bewoners dan niet ontzien? Met een gratis vergunning zou dit prima kunnen.
Het college vindt het niet vanzelfsprekend dat parkeren van een privé voertuig in de openbare ruimte gratis hoeft te zijn. Ook maken we voor de invoering van betaald parkeren kosten, zoals onder 2 uitgelegd. Daarom vinden we het redelijk een tarief te vragen. Het tarief dat we in de derde schil vragen is relatief laag. Bij de invoering in 2021 was het tarief bepaald op € 49,92. Dat komt neer op iets meer dan €4,- per maand. Als we kijken naar de schaarste van de openbare ruimte, dan ligt de marktwaarden voor parkeerplaatsen veel hoger.
4. Hierop aansluitend: op de zaterdagen lijkt er weinig parkeeroverlast te zijn, terwijl dit voor wijkbewoners juist een van de twee dagen is om visite te ontvangen. Is erover nagedacht om deze dag vrij te houden van betaald parkeren net zoals de zondag? Wat zijn de redenen geweest om deze bij de weekdagen te trekken?
Dit hebben we gedaan vanwege het waterbedeffect. We zien dat op zaterdag een groot aantal bezoekers naar de stad afreist. Dit is met name de binnenstad, maar ook de winkelgebieden in de wijken zijn een populaire bestemming. Door zaterdag niet mee te nemen in het betaalvenster verwachten we extra parkeeroverlast. We hebben de bezoekersvergunning ingesteld om juist visite te faciliteren, ook in het weekend. Met de (gratis) zondag meegenomen kan iedere bewoner wekelijks bijna drie dagen visite laten parkeren.
VERVOLGVRAGEN
1. Wat zijn de concrete voorwaarden waaraan een aanvraag voor een betaalautomaat moet voldoen? De insteek vanuit de gemeente is duidelijk, maar het is me nog niet helder waar bewoners rekening mee moeten houden als zij graag een extra betaalautomaat willen in hun deel van de wijk, zoals afstand tot een andere automaat / loopafstand van parkeerplek tot automaat e.a.
Over het algemeen ontvangen we deze verzoeken zeer beperkt. Bewoners hebben vrijwel niet te maken met betaalautomaten. Zij beschikken over een bewonersvergunning voor hun eigen auto. Indien zij bezoek ontvangen melden zij deze vaak aan d.m.v. de bezoekersvergunning. Bezoek wat resteert gebruikt dus vaak de parkeerapps. We zien niet voor niets dat het gebruik van betaalautomaten in deze wijken heel laag is. Vooral in vergelijking met wijken die dichter tegen een centrumgebied aan liggen. Dit maakt dat we niet per se concrete voorwaarden hebben vastgesteld voor het aanvragen van betaalautomaten. Wel hebben we zelf vooraf bepaald waar automaten komen. Daarbij is vooral gekeken naar plaatsen waar veel bezoekers op afkomen, zoals winkels of andere (bovenwijkse) voorzieningen (dus het verwachte gebruik). Ook kijken we naar loopafstand en de plaatsingsdichtheid van automaten. Bij de wens voor meer betaalautomaten lijkt het me logisch dat we dezelfde componenten meenemen bij het beoordelen van zo’n aanvraag.
2. Bedankt voor de link. Deze inkomsten zijn zo te zien inclusief de P+R-locaties rondom de stad? Zijn de kosten en de baten ook in te zien op wijkniveau?
We weten globaal hoeveel parkeervergunningen er uitgegeven zijn en wat de inkomsten zijn van parkeerautomaten. Dit houden we zelf administratief bij, maar publiceren we niet. De daadwerkelijke inkomsten zou ik moeten opzoeken. Ik schat dat deze neerkomen op een aantal ton per jaar neerkomen. De kosten zijn complex. We betalen onder andere de parkeerautomaten, personele kosten, afschrijvingen, rentes en energielasten. Deze zijn lastig te verhalen op wijkniveau. Dat maakt het treffen van een vergelijking lastig. In zijn algemeen schatten we in dat de kosten de baten voor betaald parkeren in Paddepoel dekken.